Voor de theorie klik
hier.
1. Kijk eerst of je te maken hebt met de onvoltooide (O) of voltooide(V) tijd (T)
2. Kijk daarna of de persoonsvorm in de tegenwoordige (T) of de verleden (V) tijd staat.
3. Kijk tenslotte of je te maken hebt met de toekomende (T) tijd ( Staat er een vorm van het werkwoord zullen in de zin?)
1. De iPads werden ingepakt.
2. Het huiswerk is gemaakt.
3. De factuur zal binnen 14 dagen worden betaald.
4. Ik had uw bericht ontvangen.
5. De Jumbo kocht alle goedkope supermarkten op.
6. De prijzen werden meteen met 25% verhoogd.
7. Heb je jouw huiswerk al gemaakt?
8. Ik vraag me dat gewoon af.
9. Begrijp je de lijdende vorm in het Engels?
10. De vacature zal binnen een maand ingevuld zijn.