Werkwoordelijk gezegde 2

Noteer het werkwoordelijk gezegde na iedere zin.

1. Dit weekend gaat de klok een uur terug.
2. Sprookjes worden tegenwoordig niet meer gelezen.
3. Vindt u dat ook een verarming van onze cultuur?
4. Morgen zou ik het liefst de hele dag in bed blijven liggen.
5. Helaas moet ik nog heel veel doen.
6. Heb jij die foto echt getwitterd?
7. Dit gebeurt je niet dagelijks.
8. Heeft je broer nog naar mijn auto gekeken?
9. Dat nieuwe boek van Tommie Wieringa is wel te lezen.
10. Verwacht niet te veel van haar.